Laminaatvloeren zijn stijlvol, duurzaam en relatief eenvoudig te leggen. Maar wat als er een plank beschadigd raakt? Of het nu door een val, water of slijtage komt, één beschadigde plank kan een doorn in het oog zijn. Gelukkig hoef je niet de hele vloer eruit te halen. Met een paar handige tips kun je die ene plank vervangen zonder de rest van je vloer te beschadigen. Hier lees je hoe je dit stapsgewijs aangepakt.
Bereid je goed voor
Voordat je begint, zorg je dat je alle benodigde materialen bij de hand hebt. Je hebt een reserveplank nodig die hetzelfde formaat, kleur en patroon heeft als de rest van de vloer. Daarnaast heb je gereedschap nodig zoals een laminaatsnijder of zaag, een hamer, beitel, trekijzer en mogelijk een druppeltje houtlijm. Controleer ook of je genoeg ruimte hebt om te werken; soms is het handig om meubels tijdelijk te verplaatsen.
Kies de juiste methode
Er zijn verschillende methoden om een laminaatplank te vervangen, afhankelijk van de plek van de beschadigde plank. Ligt de plank aan de rand van de kamer? Dan is het vaak het makkelijkst om een aantal planken los te halen tot je bij de beschadigde plank komt. Ligt de beschadiging echter in het midden van de kamer, dan kun je beter een andere methode gebruiken waarbij je de beschadigde plank eruit zaagt.
Planken loshalen aan de rand
Als de beschadigde plank aan de rand van de kamer ligt, kun je de planken voorzichtig loshalen tot je bij de beschadiging bent. Begin met het verwijderen van de plinten rondom de muur. Dit doe je voorzichtig met een plamuurmes of beitel, zodat je ze later weer netjes kunt terugplaatsen. Haal daarna de planken één voor één los, tot je bij de beschadigde plank bent. Vervang deze plank door een nieuwe, en leg de planken weer in de oorspronkelijke volgorde terug.
Plank in het midden van de kamer vervangen
Is de beschadigde plank moeilijk bereikbaar? Dan kun je ervoor kiezen om deze plank uit te zagen. Begin met het aftekenen van een rechthoek in het midden van de beschadigde plank, waarbij je ongeveer twee centimeter van de randen vrijlaat. Gebruik een laminaatsnijder of decoupeerzaag om het midden van de plank eruit te halen. Vervolgens zaag je de resterende hoeken schuin in, zodat je de overgebleven randen makkelijk los kunt halen met een beitel.
Nieuwe plank plaatsen
Nu de oude plank eruit is, kun je de nieuwe plank plaatsen. Meet de vervangende plank nauwkeurig af en zaag deze op maat. Voor een perfecte pasvorm kun je de veer (het uitstekende deel) van de nieuwe plank afhalen aan de zijkanten, zodat je deze makkelijk kunt laten zakken in de open ruimte. Je kunt een klein beetje houtlijm gebruiken om de nieuwe plank stevig vast te zetten, maar let erop dat je niet te veel gebruikt, zodat de vloer nog kan uitzetten en krimpen.
Plinten terugplaatsen
Als alles netjes op zijn plek zit, kun je de plinten terugplaatsen. Controleer of alle planken stevig liggen en of de nieuwe plank mooi aansluit op de rest van de vloer. Plaats de plinten voorzichtig terug langs de muren en werk eventuele kleine beschadigingen af met een bijpassende laminaatvuller of marker.
Laminaatplanken kun je gerust vervangen, mits de planken van goede kwaliteit zijn voorzien. Op zoek naar hoogwaardige laminaat? Kijk op laminaat-plaza.nl en ontdek wat er allemaal mogelijk is.
Voorkom schade in de toekomst
Nu de vloer weer helemaal netjes is, is het goed om schade in de toekomst te voorkomen. Plaats bijvoorbeeld viltjes onder zware meubels en pas op met water, want vocht is de grootste vijand van laminaat. Met deze eenvoudige voorzorgsmaatregelen geniet je nog lang van je prachtige laminaatvloer.
Met een beetje geduld en de juiste aanpak kun je dus zonder grote renovaties of kosten een beschadigde laminaatplank vervangen. Zo ziet je vloer er weer als nieuw uit en kun je zonder zorgen genieten van een prachtig, strak resultaat!